Wat kunnen we leren van Hout in de B&U?

Dat hout de toekomst heeft, hoef je Pablo van der Lugt en Atto Harsta niet uit te leggen. Deze transitieversnellers zetten zich al 20 jaar in voor een biobased en duurzame bouw. Met succes! Houtbouw is terug van weggeweest. Vanuit de grond, weg- en waterbouw kijken wij enigszins met een jaloersmakende blik naar de burgerlijke en utiliteitsbouw (B&U), waar steeds meer grote spelers een ambitie uitspreken op het gebied van biobased bouwen. Wat kan de GWW hierin leren van de B&U? Pablo en Atto geven ons vijf tips.

Zinzi Stasse in gesprek met Pablo van der Lugt en Atto Harsta

Pablo en Atto hebben een vergelijkbare loopbaan. Beiden hebben een achtergrond in bouwkunde en industrieel ontwerp. Beiden hebben een interesse in hernieuwbare materialen vanwege het milieuaspect. “Door het gebruik van biobased materialen lossen we twee mondiale issues op: het grondstoffentekort en het klimaatprobleem”, aldus Pablo, die ook gepromoveerd is op dit onderwerp. Voor Atto was er nog een andere belangrijke driver naast duurzaamheid: gezondheid. “Het is wetenschappelijk bewezen dat mensen in een houten gebouw minder stress ervaren en dat dit leidt tot een betere gezondheid. Het is niet voor niets dat je regelmatig hout terugziet in kantoorpanden en scholen."

5 Tips

Pablo en Atto zijn al zo’n twintig jaar bezig met de transitie naar een meer biobased economie. We gaan met elkaar in gesprek over wat zij nu als de belangrijkste hefbomen hebben ervaren in deze transitie. Ze geven ons vijf tips mee.

  1. Doorbreek onwetendheid
  2. Maak het sexy en spannend
  3. Zoek de publiciteit op
  4. Creëer een community
  5. Seal the deal

1. Doorbreek onwetendheid

Zowel Pablo als Atto erkennen hoe belangrijk het is het 'biobased verhaal' goed over te brengen. Afgelopen vijf jaar hebben ze lezingen gegeven aan zeker 1500 man. Ze hebben wel 50 architectenbureaus bezocht en hen geïnspireerd in wat er allemaal mogelijk is met hout in de B&U. Ook is het belangrijk 'mythes' weg te nemen door wetenschappelijke bewijslast te geven. Zo denken veel mensen dat houtbouw bouwtechnisch minderwaardig is, slecht voor het milieu is, dat er onvoldoende hout beschikbaar is en dat houtbouw te duur blijft. Pablo schreef een artikel om deze mythes te ontkrachten.

  • Binnen de GWW zijn de ingenieursbureaus als Royal HaskoningDHV en TAUW de architectenbureaus van de GWW. Zij hebben veel invloed in materiaalkeuze. Een tip is hen meer te inspireren. Ga met hen samen op zoek naar het meest “optimale ontwerp”. Dat hoeft dan niet altijd 100% hout te zijn, maar kan ook een hybride ontwerp zijn. Bijvoorbeeld een betonnen brugdek met houten leuningen. Zoek naar het gunstige huwelijk: het juiste materiaal op de juiste plek.

2. Creëer een community

“Wij hebben afgelopen 20 jaar een enorm sterk netwerk opgebouwd. Van de meest gerenommeerde architectenbureaus tot aan meer activistische partijen zoals de Gideonsbende. We hebben elkaar nodig om een transitie voor elkaar te krijgen”, aldus Atto. De klimaaturgentie wordt steeds meer gevoeld door de community en creëert ook momentum. Wat echt laat zien dat we in een transitie zitten en een kantelpunt bereikt hebben, is dat de grote beleggers zijn aangehaakt en echt als ambassadeurs te werk gaan. Denk aan Ingrid Hulshoff van Achmea die zelf artikelen schrijft over de noodzaak van houtbouw. Deze beleggers denken in lange termijn en vanuit risico. Ze zien een risico in het langdurig financieren van beton en staal in verband met de fossiele impact.

  • “Voor de hout community binnen de GWW is het belangrijk om te kijken wie de voorschrijvers zijn. Het is ook belangrijk dat de waterschappen meegaan”, aldus Pablo. Atto geeft als tip mee aan te sluiten bij de Duurzame GWW Green Deal 2030.

3. Maak het sexy en spannend

“Er moeten wel dingen gebouwd worden”, aldus Atto. “Aansprekende voorbeelden helpen enorm”. Belicht wat er mogelijk is, niet alleen in Nederland maar ook buiten onze landgrenzen zijn er prachtige voorbeelden. In Scandinavië is hout al meer business as usual. Daar zie je hout ook bij grote oppervlakten en als verharding op pleinen en rondom kades. Dekdelen zijn geschikte toepassingen in hout. Daarnaast hadden we in de B&U een CLT hype wat veel teweeg bracht. Er was toen ook iets nieuw te melden: samengestelde houtproducten waarmee we de concurrentie met andere materialen ook beter aankonden.

  • Voor de GWW kan het interessant zijn het verhaal van de Biobased Snelweg te verkondigen. Laten zien wat er allemaal mogelijk is met hout en wat dit doet met de MKI waarde.
  • Een andere manier om het spannend te maken is om een vraagprijs uit te zetten. Dit is een tool om het onderwerp onder de aandacht te brengen en de markt (en andere opdrachtgevers) wakker te kussen.

4. Zoek de publiciteit op

“Het balletje ging echt harder rollen na de Tegenlicht afleveringen”, vertelt Pablo. Deze afleveringen gingen gepaard met meet-ups, waaronder in pakhuis de Zwijger. Deze meet-ups werden goed bezocht en de community groeide snel. Daarnaast heeft het uitbrengen van het Boek ‘Tomorrow’s Timber’ ook veel bijgedragen aan de publiciteit. Ook hierbij gaf Pablo veel lezingen. Een kantelpunt werd bereikt: de kranten adopteerden het en er kwam een expositie op de Dutch Design Week, op de Floriade.

5. Seal the deal

Naast het creëren van een community en inspiratie, is het ook belangrijk afspraken te maken. "We merken dat er veel beweging komt vanuit de Green Deal en City Deal. Daar zitten ook veel overheden bij aangesloten, zoals uit de Metropoolregio Amsterdam. Als er 32 gemeente betrokken zijn, zie je ook dat de grote aannemers en ontwikkelaars mee gaan. De combinatie met de grote beleggers, die op lange termijn willen investeren in biobased, maakt het compleet.

Verschillen Houtbouw B&U en GWW

Hoewel deze bovenstaande tips zeker ook relevant zijn voor de transitie in de GWW, erkennen Pablo en Atto dat de transitie binnen de GWW misschien wel complexer is dan in de B&U. Dat heeft met de volgende aspecten te maken:

  1. Gevoel en esthetiek is in de GWW toch wat minder aanwezig dan in de B&U. Door een houten huis lopen geeft een ander gevoel dan over een houten brug lopen. Bij woningen kopen speelt het gevoel een grote rol bij de aankoop. Bij de aanschaf van bruggen veel minder. Diegene die de brug koopt, loopt er niet altijd zelf overheen.
  2. Groot verschil is dat er in de B&U gerekend wordt met 60 jaar levensduur, in de GWW met 100 jaar. Er is in de GWW een veel grotere focus op levensduur.
  3. In de B&U is flexibel en demontabel bouwen veel gemakkelijker dan in de GWW. Je maakt veel vaker gebruik van rechte oppervlakken.
  4. De GWW sector is een stuk kleiner dan de B&U. De bedrijven die bruggen of damwanden maken zijn op twee handen te tellen. Het zijn vaak MKB bedrijven die moeilijk kunnen innoveren. 

Toekomst

Tot slot kijken we vooruit. Wat wensen Atto en Pablo de biobased transitie binnen de GWW toe?

“Wat ik de GWW in ieder geval niet toewens is meer (gerecycled) plastic”, stelt Pablo. “Ik zie steeds meer PWC damwanden en 3D geprinte bruggen waar dan heel lovend over gesproken wordt zonder te kijken naar hoe giftig het materiaal is en hoe schadelijk het is voor onze waterwegen.” Pablo ziet veel kansen voor lokaal naaldhout.

“Ik hoop dat overheden (opdrachtgevers) meer gaan sturen en verantwoordelijkheid nemen”, stelt Atto. Dit kan door bijvoorbeeld veel meer uit te vragen op basis van MKI (Milieukosten Indicator). Maar ook een CO2-Tax zorgt voor het anders inrichten van het speelveld, zodat de vervuiler betaalt. De Innovatiecurve moet doorbroken worden en daar kunnen overheden goed bij helpen.” Pablo vult aan dat er nog wel hard gewerkt moet worden om Dubocalc (rekentool waar veel overheden meer werken) op orde te krijgen om de milieu-impact mee te berekenen. De CO2 opslag van hout wordt momenteel nog niet goed meegenomen en zorgt er voor dat hout een minder positieve score heeft. Tot slot geeft hij als tip mee dat we echt moeten inzetten op een ander systeem rondom restwaarden, dat andere TCO (Total Cost of Ownership) en business modellen verkend moeten worden. Denk bijvoorbeeld aan het leasen van een houten brug. Dit zorgt ervoor dat minder wordt gekeken naar de aanschafwaarde maar naar de gehele levensduur.

Geen brug te ver!

Al met al kunnen we binnen de GWW nog best wat leren van de hout in de B&U transitie. De belangrijkste strekking is zowel praten als doen. Er is nog een wereld te winnen in het uitdragen van de noodzaak van de biobased transitie. Daarnaast is er al zoveel moois om overheen of langs te rijden. Laten we elkaar inspireren onderweg.

  • De Balkonbrug

  • De Venco Campus Loopbrug

  • Circulaire voetbrug Almere

  • De Diekloper

  • De ReUseBrug Floriade

  • De Mozes Brug

  • Krúsrak & Dúvelsrak

  • Fiets- Voetgangersbrug, Oirschot

  • De Botterbrug

  • De Pieter Smitbrug

    De Bouwcampus

    Materialen met Toekomst: Hout in de GWW is een traject mogelijk gemaakt door De Bouwcampus binnen de opgave Vervanging & Renovatie Infrastructuur. Doel is het ontwikkelen van een innovatieve aanpak om de omvangrijke vervangings- en renovatieopgave van infrastructuur duurzaam, betaalbaar en met zo min mogelijk hinder te realiseren. Ben je niet bekend met De Bouwcampus? Bezoek onze site.

    Contact

    Wil je weten op welke manieren je je bij De Bouwcampus Community kunt aansluiten?